Over Alberts
24 mei 1995 Tempo doeloe 2 juni 1962 Vaarwel Nieuw-Guinea 4 aug. 1962 De zilveren kogel van James Graham Claverhouse 28 dec. 1963 Compromis, afkoeling, plundering 9 apr. 1966 Van de prins geen kwaad willen weten 7 mei 1966 Hoe komt de koning aan de kost 20 aug. 1966 "Nu is Mortimer Heer van deze stad" 24 dec. 1966 Bevrijding onder de zon 2 mei 1970 Het mooiste verhaal 12 dec. 1970 Bert Alberts zestig jaar 21 aug. 1971 Een morgen, een middag en weer een morgen 31 dec. 1976 |
De Groene Amsterdammer 2 juni 1962
E. Breton de Nijs, de schrijver van Vergeelde portretten, heeft zich
ditmaal aan de letterlijke betekenis van deze term gehouden. Zijn boek
Tempo doeloe bevat fotografische documenten uit het oude Indië en het
is bovendien nog de mooiste en ontroerendste verzameling, die men zich
denken kan. En dan nog geweldig knap van commentaar voorzien. Er zijn
in de laatste jaren nogal wat schrijvers over Indië en Indonesië in
de Nederlande literatuur verschenen. Zonder een van de anderen tekort
te doen zou men toch kunnen zeggen, dat Breton de Nijs van al dezen
wel de meest veelzijdige is. Dit boek is daarvan een nieuw bewijs. Breton
de Nijs kent de achtergrond, alle achtergronden van de gecompliceerde
Indisch-Indonesische maatschappij. Op het eerste gezicht lijkt hij te
schrijven vanuit zijn kennis van de eigen afkomst, het Indische patriciaat.
Maar bij nader inzien blijkt, dat hij in zich een combinatie van eigenschappen
verenigt, die tamelijk zeldzaam is: die van bronnenpubliceerder en geschiedschrijver.
In het boek Tempo doeloe komt dit zo bijzonder duidelijk tot uiting,
omdat het bronnenmateriaal - in dit geval de foto's - en het geschiedverhaal
- in dit geval een deskundig en zelfs spannend geschreven commentaar
- door het materieverschil zo duidelijk van elkander zijn gescheiden.
A. Alberts |
Laatste wijziging: 09.06.2015