A. Alberts & H.J. Friedericy, schrijvers

 

 

 

 

HOLLANDS DIEP

1976
11
1976
19
1976
21
1976
27
1977
4
1977
6
1977
10
1977
12/13
omslag
1977
12-13

 


 

HET BOEK ALS BARBAAR

 


 

HENRI MICHAUX / BARBAAR IN
AZIË / MEULENHOFF / ƒ19,50 /
VERTALING FRIEDA TIJN-SWART

 


A. ALBERTS

 

In Namen in België is in 1899 Henri Michaux geboren. Michaux is al vroeg met schrijven begonnen. Misschien ook met schilderen, maar in elk geval met schrijven. Zijn eerste publikatie in boekvorm dateert al van 1923 en vier jaar later was hij al zover, dat hij kon vertellen over ontmoetingen en gesprekken met zichzelf. Hij vatte een en ander samen onder de titel 'Wie ik was', om vervolgens zijn eigen jongere generatie binnen te stappen. Hij is omstreeks die tijd Parijzenaar geworden en volgens zijn leeftijdgenoot E. du Perron moet dat wel aan hem te merken zijn geweest.
Waarom ook niet? Het komt meer voor, dat niet-Fransen die langere tijd in de culturele kringen van de Franse hoofdstad verkeren, een metamorfose doormaken. Op de Franse toeschouwers, althans de Parijzenaars onder hen, maakt dit waarschijnlijk nauwelijks enige indruk. Maar volgens niet-Franse omstanders rond dit fenomeen is het iets dat lijkt op de overgang van een rups naar een vlinder. En dan was het voor hen altijd het probleem van de een te verkiezen hoven de ander.
Zoals gezegd was Henri Michaux een leeftijdgenoot van Du Perron en het is dus niet zo verbazingwekkend dat laatstgenoemde, met zijn grote belangstelling voor Franse schrijvers, ook tegen Michaux is opgelopen: een bespreking in de NRC van 5 maart 1933 en met ging om hetzelfde boek, dat nu, in een zeer goede vertaling, bij Meulenhoff is verschenen.
Hetzelfde boek? Dat is nog maar de vraag, zoals we zullen zien. Maar eerst een paar woorden over de recensie van Du Perron. Hij heeft, zonder nu precies een voorkeur te hebben voor de rups, weinig respect voor de vlinder, die de Parijzenaar geworden Belg als gedaante zou hebben aangenomen. Hij toonde zich stellig - en dat is hier belangrijker - geen groot bewonderaar van het boek:
'Ik kan alleen zeggen dat ik hierin minder gelukkig was dan de kenners van Engels-Indië en China, landen die ik niet ken! voor mij was de controle alleen mogelijk ten opzichte van Nederlands-Indië, en de oppervlakkigheid, de kinderachtigheid, de botte verwarring van deze bladzijden hebben mij minder getroffen als grappig dan wel als idioot'.
Zo is dat. Ik moet zeggen deze beoordeling wel hard, maar niet onverdiend te vinden. Dat wil zeggen: toen. Maar de zaak is na ruim veertig jaar wel wat anders komen te liggen. En niemand weet dit beter dan Michaux zelf.
Nu nog iets over de kritiek van Du Perron. Die ligt duidelijk en klaar voor ons. Wanneer we een boek lezen over tijden, over landen, over mensen, over toestanden, dan kan het zijn, dat we een klein onderdeel uit eigen ervaring kennen. Misschien zelfs beter kennen dan de schrijver. In zo'n geval kunnen we de rest van het verhaal weliswaar niet zo goed beoordelen, maar we zijn tot wantrouwen geneigd.
En nu de kritiek van Michaux zelf. Hij heeft haar in 1967 geschreven in de vorm van een voorwoord bij een nieuwe uitgave. Maar wat voor uitgave? Hij zou in het licht van de enorme omwentelingen brengende gebeurtenissen in Azië twee dingen hebben kunnen doen: een volkomen nieuw boek schrijven, of dat niet doen.
Een nieuw boek schrijven? Een verhaal van een reis door het omgewentelde, maar tenminste in zijn ogen - nog altijd niet op zijn benen terechtgekomen Azië? Wat zou dat voor zin hebben, als de schrijver iemand is die meer dan veertig jaar geleden iets dergelijks toen niet gewild heeft, of het niet gekund heeft.
Blijft dus de andere mogelijkheid. En die heeft Michaux gekozen, maar met een heel andere en toch wel begrijpelijke motivering. Hij heeft namelijk ervaren, dat het boek niet meer van hem is. Als hij veranderingen zou aanbrengen, dan zou, zegt hij, het boek tegenstand bieden, alsof het een persoonlijkheid is.
Die weerstand heeft hem gebracht tot de onveranderde uitgave, waarvan nu de Nederlandse vertaling is verschenen. De twee, de schrijver en het boek, zijn naast elkaar gaan staan. En beide blijken tamelijk stand offish ten opzichte van elkaar te zijn geworden. Michaux is de Belgische Parijzenaar gebleven. Hij heeft eens als zodanig en zich voortdurend verbazend en amuserend, een vloed van waarnemingen genoteerd: Azië, gezien in het begin van de jaren dertig, door iemand, die zich barbaar noemde, een man, die verkeert in landen, waar men zijn taal niet verstaat.
Dat heeft een boek opgeleverd, waarvan men de inhoud nu zou kunnen omschrijven als: zoals het toen werd gezien. En dan kan daar in deze tijd rustig aan worden toegevoegd: zoals het toen op een fascinerende manier werd beschreven. De mensen en omstandigheden, die Michaux zag, zijn vermoedelijk in grotere of minder grote delen van Azië niet meer waar te nemen. Maar dat heeft niets met zijn waarnemingen te maken. Kritiek in de geest van: zoals het toen hier en daar verkeerd is gezien, heeft geen enkele zin meer. Eenvoudig, omdat we de toenmalige schrijver niets meer kunnen verwijten ten aanzien van het boek, waarvan hijzelf de taal niet verstaat.
Het boek is voor hem een barbaar geworden.

 


 

Hollands Diep  (1976) 21
9 OKTOBER 1976,
p. 17



 

Laatste wijziging: 03.06.2015